OVER GELD, MENSEN EN COSTA RICA

Dit is het tweede jaar van de stichting Gireloup. Even bij het begin beginnen. Lenie Reurop laat een vermogen achter in de vorm van een stichting.
“Kind” zei ze vaak tegen mij, “praat nooit over geld. Mensen raken er een beetje raar van in hun hoofd”
Maar ja, als je een stichting bestuurt, dan moet je het wel over geld hebben. Want het gegeven is:
Er is een pot met geld en een tante in de hemel aan wie hebben toegezegd dat we het geld zullen besteden aan mensen die het nodig hebben.
Maar wat is dan ´ nodig hebben´?
We zijn begonnen onszelf een beetje te begrenzen. Want wat we in Nederland met al haar gesubsidieerde instellingen goed hebben kunnen opmerken, is dat als je projecten financiert die alleen maar geld kosten en de mensen in dat project hun werk goed doen, het project steeds meer gaat kosten en in dat geval zouden wij wel heel snel zijn uitgewerkt.
Wij hebben daarom vastgelegd dat wij projecten binnen het kader van kunst en educatie, financieel en met raad en daad willen ondersteunen als er zicht op is dat het project zich na enige jaren zelf kan bedruipen.Een ander criterium is dat de aanvrager er al op de een of andere manier mee bezig moet zijn.
Dit klinkt misschien wat raar voor mensen die nu juist geleerd hebben dat ze eerst een goed bedrijfsplan moeten maken met doortimmerde begrotingen, maar wat is raar?
We hebben dit jaar een aanvraag gehad voor het oprichten van een school voor gevoelige kinderen. Dat had ik eens geprobeerd en dus vind ik daar niets raars aan. De aanvraag betrof 2,5 ton. Een dergelijk bedrag hebben wij niet voor een project te besteden. We zeiden daarom: ´ Kijk als je me nu zou zeggen, ik zit met 10 kinderen in de achterkamer. We puilen er uit, ik moet nieuwe aanmeldingen afwijzen en nu wil ik een lokaal huren dat kost 10.000 gulden, dan had je bij ons een goede kans gemaakt.´
En dat bedoelen we met, je moet er al mee bezig zijn.
Plannen maken is leuk, plannen realiseren lastig en misschien is het wel daarom dat we dit jaar geen andere aanvraag binnen hebben gekregen.

Wat we dit jaar wel hebben gedaan is, wat we vorig jaar aangekondigd hebben.H et ´naar buiten brengen´ van het werk van de beeldend kunstenaar Jos Wong Lun Hing.
Jos heeft een arbeidzaam leven geleid. Hij heeft geëxposeerd waar iedere kunstenaar zou wensen te exposeren, hij heeft een aantal grote opdrachten gehad en regelmatig verkocht, maar arbeidzaam is arbeidzaam. Er is nog heel veel te bewonderen en te kopen. Je eigen werk verkopen is voor iedereen moeilijk, maar als je zoals Jos over de 70 bent niet meer te doen. We hebben deze klus in handen van Carla Dijkstra gelegd. Carla heeft inmiddels een fraai uitziende catalogus samengesteld. En het werk van Jos is binnenkort ook te vinden op onze website. De catalogus is op te vragen voor ieder die er belangstelling voor heeft en/of een goed idee heeft waar deze catalogus gepresenteerd kan worden.

Wat we ook gedaan hebben is een bezoek gebracht aan een jonge architect Roy van Binsbergen. Roy ervoer de beperkingen die in Nederland gesteld worden aan bouwen dusdanig beperkend voor zijn creativiteit, dat hij uit creatieve lust een ontwerp gemaakt heeft voor een paleis voor de sultan van Brunei. Hij heeft het uitgewerkt en een maquette gemaakt. Gestimuleerd door vrienden heeft hij contacten gezocht om zijn ontwerp aan de sultan te presenteren. Toen wij hem bezochten had hij het net opgestuurd. Roy zijn zorg was: Als de sultan mij nou eens uitnodigt te komen, dan kan ik de reis niet betalen!´
Nou, wij wel. We vonden het een mooi voorbeeld van iemand die al bezig was en dan voor een financiële stap komt te staan die nodig is voor de voortgang van zijn werk.
Op onze vraag of er nog iets anders was dat wij voor hem konden doen was zijn antwoord: contacten. Het ontbrak hem aan een geschikt netwerk.
Dik heeft een aantal contacten voor hem gelegd en hoe het verder is gegaan weten we niet. Brunei kwam daarna slecht in het nieuws en ook de 11 september zal niet bijgedragen hebben.
Voor ons was het echter van belang om duidelijk te krijgen dat geld niet het enige is dat mensen nodig hebben om iets te kunnen voortzetten. Belangstelling en contacten doen heel veel.

Dik is net terug gekomen van een reis naar de Baltische landen. Hij kwam met een lang verhaal, maar wat ons het meest trof was: De mensen daar zijn al blij met belangstelling. Ze voelen zich erg vergeten door Europa. We besloten hierop met een groep van 8 mensen een reis met Dik te maken naar Litouwen, Letland, Estland en Kaliningrad.

Costa Rica
En dan nu onze ervaringen in Costa Rica.
In Costa Rica zijn we betrokken bij een project een houtbewerkerswerkplaats op te zetten. Dat is een heel avontuur. Een Latijns-Amerikaan land. Alles is anders? Ja en nee.
Ik heb aangekondigd iets over Costa Rica te vertellen, maar reken niet op antwoorden. We hebben meer vragen dan antwoorden, meer dilemma´s dan oplossingen, maar we hebben veel belangstelling en zijn nieuwsgierig hoe het verder gaat.
Costa Rica is een democratie. De mensen zijn daar trots op en de dag van stemmen is een feestdag. Er was een generaal die heel helder kon denken, want hij bedacht dat zijn leger eigenlijk weggegooid geld was, aangezien in tijden van oorlog de Amerikanen toch de dienst uit zouden maken, voor of tegen hem. Hij heeft zijn leger afgeschaft en het geld besteed aan onderwijs en gezondheidszorg. Aan ieder weggetje met een aantal huizen staat een schooltje. De gezondheidszorg is gratis.

Het eerste dat mij in Costa Rica opviel was wat ik noemde de costaricaanse lach. Costaricanen zijn vriendelijke mensen, maar de costaricaanse lach is nog iets heel aparts. Wie je ook groet, je krijgt een lach toegeworpen waar je van smelt.

Dit is het huisje op de finca die wij gekocht hebben.
Een meubelwerkplaats, tropisch hout, kleine meubeltjes, veel handwerk . Dat is het idee. Nee we gaan geen fout hout gebruiken. Dat hout ligt er al en niemand kan het bewerken want daar heb je een goede zaag voor nodig.
Dit is dus een voorbeeld van wat Costa Rica is. Een stabiel land, een vruchtbaar land, vriendelijke mensen, maar wat wij ´organisatie´ noemen, daar ontbreekt het nog aan.
Nederlanders hebben flink geïnvesteerd in milieu bewuste teakhoutplantages. Goed hout dus, met keurmerk.
Na 10 jaar zoveel kuub hout. Ja en dat was wel waar, maar nog wel in bomen dicht op elkaar geplant. Nederlandse groeninvesteerders wisten niet wat je er voor moet doen om die bomen om te zagen, uit de plantage te halen, in planken te zagen, te drogen en er dan vloerdelen te maken. Voor Nederlanders is de organisatiegraad die daarvoor nodig is zo vanzelfsprekend, daar hadden ze gewoon niet aan gedacht.
Enfin de investeerders hebben zich teruggetrokken, Je kan het teakhout gratis meekrijgen als je het het bos uit krijgt.
Zo´n verhaal is een beetje komisch. En niemand ligt er echt wakker van. Een aantal Costaricanen hebben een tijdje werk gehad. Er zijn flink wat dollars uitgegeven en het aardige daar is dat je bij iedere dollar die je uitgeeft het gevoel hebt dat er in ieder geval op dat moment een aantal mensen weer te eten hebben.
Maar zo´n verhaal is een verhaal uit een reeks van verhalen waarin goedwillende mensen iets probeerden op touw te zetten in een ontwikkelingsland. Verhalen die lijken op zandkastelen bouwen aan zee. Prachtig kasteel en dan komt de vloed en hoppa alles weg. Moet je dat dan wel willen doen? Koren op de molen van diegenen die zeggen dat wij onze westerse cultuur niet moeten opdringen aan andere culturen.
Die discussie ken ik nu al 30 jaar en ik moet je zeggen; Ik weet het niet, maar ga zelf eens kijken.

Wat we wel weten is dat daar in Costa Rica een ontwikkeling gaande is die we herkennen van de 3 noordelijke provincies in Nederland, nog maar 30 jaar geleden.
Kleine boeren verkochten hun grond. Het was de enige kans om 1 keer in hun leven over een som geld te beschikken. In Bahia Salinas staat de grond ook te koop. Maar aan wie?
Buitenlanders kopen de grond. Veel Amerikanen. Deze baai ligt achter een groot nationaal park. Er zijn nog weinig toeristen en wie er nu komen komen voor de natuur. Maar blijft dat zo? Als de grote dollarstroom deze kant uitgaat, komen de grote hotels met al het bijkomende vertier. We weten het niet.
Wat we wel weten is dat onze bedoeling kleine projecten te ondersteunen, niet zinvol is als het niet op eigen grond is. Als de ondernemer zijn grond verkoopt of de grond wordt onder hem vandaan verkocht, zijn onze inspanningen voor niets geweest. Een dergelijke ervaring hebben we al in Suriname.

Dit zijn onze ervaringen in 1 jaar. Meer vragen dan antwoorden, meer dilemma´s dan oplossingen.
Zoals we er nu naar kijken zeggen we dus: Nederland is rijk, zo rijk dat als je je geld wilt besteden aan mensen die het nodig hebben, we in Nederland niet hoeven te gaan zoeken.We richten onze blik naar op arme landen, waarbij we ons heel goed bewust zijn van de dilemma´s. Maar er is geld en er zijn jonge mensen die deze avonturen aan willen gaan. Ook zijn er een flink aantal 50ers die met de vut of met pensioen, zo fit als een hoentje en volgepakt met kennis en ervaring dit willen delen met mensen die daar behoefte aan hebben.
Dat moeten we toch bij elkaar kunnen krijgen in een zinvolle vorm.
Hoe het verder gaat?
Dat weten we niet, maar hoe het gegaan is vertellen we volgend jaar.

 

Oudehorne Mei 2002